Het mooie van Waddeneilanden vind ik dat veranderingen zich er maar
langzaam voltrekken. Deze conclusie kon ik weer eens trekken toen ik
onlangs het klassieke werk Texel van Jac. P. Thijsse van iemand
kreeg. In deze uitgave van de Verkade-fabrieken geeft Thijsse een
beschrijving van het eiland uit de periode dat hij er woonde in 1890 en
1891 en van de tijd daarna tot 1927 waarin hij Texel regelmatig bezoekt.
Levendig beeld
Voor wie het Texel van nu een beetje kent, zijn de omzwervingen van
Thijsse over het eiland nog prima te volgen. Het eiland blijkt in zo’n
honderd jaar niet drastisch veranderd. Het wegenplan van Texel is
bijvoorbeeld al vrijwel hetzelfde als nu, getuige het kaartje achterin
het boek. Natuurlijk kwam de veerboot (Ada van Holland) nog aan in ‘Oude
Schild’, waren de dorpen een stuk kleiner en werd er grotendeels per voet of fiets gereisd. Maar met een beetje
inlevingsvermogen is het niet moeilijk je het Texel van Thijsse levendig
voor de geest te halen.
Merkwaardige kaart
Al is Thijsse in de eerste plaats een vogelaar die zich in zijn boek
soms wel eens verliest in details over het vogelleven, hij geeft ook
beschrijvingen van de plaatsen en landschappen waar hij tijdens zijn
omzwervingen komt. Dat levert veel aardige details op van het Texel van
begin vorige eeuw.
Zo verhaalt hij van de stranding van een katoenboot
en van het Hotel-Restaurant van Cocksdorp waar hij een half uur kijkt
naar ‘een zeer merkwaardige kaart van Texel, waarop al de gestrande
schepen van de laatste tien jaren waren geteekend’. Zulke details maken
voor mij dit boek vooral interessant.
Heel herkenbaar is Thijsse’s klaagzang over het boomloze Eierland waar
je als fietser ‘de volle laag’ krijgt. ‘Als het lijden kon, moest het
Bestuur van den polder Eierland zijn wegen eens gaan beplanten, al was
het maar aan de westzijde’ en ‘De groote boerderijen en de reusachtige
schuren doen vermoeden, dat de ingelanden wel een penningske voor
wegbeplanting zouden kunnen offeren’. Die situatie is in honderd jaar
nauwelijks veranderd.
Gemiste kans
Een plek waar Thijsse blijkbaar nooit is geweest -hij schrijft er
tenminste niet over- is de vuurtoren. Ook moet het oude Eyerlandse huis
er in zijn tijd nog hebben gestaan en jammer genoeg maakt hij ook hier
geen enkel woord aan vuil.
Mooi is wel weer Thijsse’s enthousiasme over Texel en het lyrische
taalgebruik dat hij daarbij gebruikt als ‘Van de eilanden is Texel het
schoonste en het rijkste’ en ‘Mijn leven lang zal ik er mij er over over
blijven verheugen dat ik Texel heb gekozen’. Maar hij beklaagt zich
ook: ‘zulke mooie dingen als ik daar en destijds gezien en beleefd heb,
zal ik wel nooit meer zien en beleven’. Wat dat betreft is Texel nog
precies hetzelfde gebleven.
Voor het eerst gepubliceerd in mei 2011 op waddenvriend.weblog.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten